invuloefeningen

Invuloefeningen bestaan uit een reeks woorden, een zin of een alinea met lege ruimten waar de student een of meer ontbrekende woorden moet invullen. Het maximum aantal antwoorden voor dit type vraag is 100. Gebruik het vraagtype Meervoudige invuloefeningen om een vraag met meerdere antwoorden te maken.

Voorbeeld:

_______ is een scheikundig element met het symbool Ca en het atoomnummer 20. Het is een zilverwit aardalkalimetaal.

Meer informatie over invuloefeningen met JAWS®

Invuloefeningen worden automatisch beoordeeld. Antwoorden worden beoordeeld op het gegeven of het antwoord van de student overeenkomt met de juiste antwoorden die je hebt opgegeven. Jij kiest de evaluatiemethode voor antwoorden:

  • Exacte overeenkomst
  • Bevat een deel van het juiste antwoord
  • Komt overeen met een opgeven patroon

Jij bepaalt of het antwoord hoofdlettergevoelig is.

in herstelde cursussen wordt hoofdlettergevoeligheid in- of uitgeschakeld voor alle bestaande vragen met invuloefeningen. Pas die vragen aan en selecteer indien nodig Hoofdletters en kleine letters.

Video: Create a Fill in the Blank Question


Watch a video about fill in the blank questions

The following narrated video provides a visual and auditory representation of some of the information included on this page. For a detailed description of what is portrayed in the video, open the video on YouTube, navigate to More actions, and select Open transcript.


Video: Create a fill in the blank question shows how to create a fill in the blank question in the original course view, list answers, select an evaluation method, and provide feedback.


Een invuloefening maken

Invuloefeningen bestaan uit twee onderdelen: de vraag en de set met antwoorden. Onder de vraag verschijnt een tekstvak waar studenten hun antwoord kunnen typen.

  1. Open een toets, enquête of pool. Selecteer Invuloefening in het menu Vraag maken.
  2. Typ de vraagtekst.
  3. Als je meer dan één vraag wilt toevoegen, kies je een optie in de vervolgkeuzelijst Aantal antwoorden (maximaal 100). Je kunt een antwoord verwijderen door Verwijderen te selecteren.

    Typ de antwoorden en selecteer Bevat, Exacte overeenkomst of Patrooncombinatie om aan te geven hoe het antwoord wordt vergeleken met het antwoord van de student. Schakel voor Bevat en Exacte overeenkomst het selectievakje Hoofdlettergevoelig in als bij de beoordeling het hoofdlettergebruik in het antwoord van belang is.

  4. Typ eventueel feedback voor juiste en onjuiste antwoorden.
  5. Selecteer Verzenden en nog een maken of Verzenden om de vraag toe te voegen aan de toets.

Antwoorden maken

Het is belangrijk dat antwoorden in de antwoordsets eenvoudig en beknopt worden geformuleerd. Om problemen met automatische beoordeling te voorkomen, is het handig om de antwoorden te beperken tot één woord. Je voorkomt zo dat extra spaties tussen woorden of de volgorde van de woorden tot gevolg heeft dat het antwoord van een student als onjuist wordt beoordeeld.

  • Selecteer Bevat in het menu in het antwoord om rekening te houden met afkortingen of onvolledige antwoorden. Het antwoord van een student wordt dan goed gerekend als het antwoord een of meer woorden bevat die je hebt opgegeven. Je kunt bijvoorbeeld een vraag maken waarop het antwoord wordt goedgekeurd als de student een variant van Franklin gebruikt. Benjamin Franklin, Franklin, B Franklin, B. Franklin en Ben Franklin zijn dan allemaal juiste antwoorden. Je hoeft dan niet alle mogelijke combinaties met Franklin toe te voegen als juiste antwoorden.
  • Voeg antwoorden toe om rekening te houden met veelvoorkomende spelfouten. Je kunt ook Patrooncombinatie selecteren in het menu in het antwoord en een gewone expressie maken die rekening houdt met spellingvarianten, spaties en hoofdlettergebruik.

Patrooncombinatie

Je kunt een gewone expressie maken om variaties van spelling, spaties of hoofdletters toe te staan in een antwoord.

Een gewone expressie is een zoekpatroon dat wordt gebruikt in plaats van een of meer tekens binnen een tekenreeks. Met gewone expressies kun je bepaalde patronen in antwoorden van studenten goed rekenen in plaats van exacte bewoordingen. Gewone expressies maken automatische beoordeling mogelijk van vragen over wetenschappelijke onderwerpen, die vaak heel veel verschillende antwoorden kunnen hebben.

In een gewone expressie komen de meeste tekens in de tekenreeks alleen met zichzelf overeen. Dit zijn zogenaamde letterlijke waarden. Sommige tekens hebben een speciale betekenis en worden metatekens genoemd. Zoek op internet op 'gewone of reguliere expressie' voor een compleet overzicht. Deze lijst bevat enkele voorbeelden:

  • Een punt (.) komt overeen met ieder teken behalve het teken voor een nieuwe regel.
  • Rechte haken [ ] geven aan dat de tekst tussen de haken kan worden gebruikt voor één teken.
  • Een streepje (-) tussen rechte haken maakt het mogelijk een bereik te definiëren. Zo kan [0123456789] worden herschreven als [0-9].
  • Een vraagteken (?) geeft aan dat het voorafgaande item in de gewone expressie optioneel is. Dec(ember)? komt dan bijvoorbeeld overeen met Dec en December.

Voorbeelden van eenvoudige tekenreeksen:

  • b.d - komt overeen met bad, bed, bot, b9t omdat op de plaats van de punt (.) ieder teken mag worden gebruikt.
  • b[aeo9]d komt overeen met bad, bed, bod, b9d.
  • b[a-z]t komt overeen met elke combinatie van drie letters die begint met b en eindigt met t. Een cijfer wordt niet geaccepteerd als het tweede teken.
  • [A-Z] komt overeen met elke hoofdletter.
  • [12] komt overeen met 1 of 2.
  • [0-9] komt overeen met een teken uit het bereik van 0 tot en met 9.

Als je kiest voor patrooncombinatie voor een antwoord, kun je het patroon testen en er wordt dan een nieuw venster geopend.