Deze informatie is alleen van toepassing op de originele ervaring.

De weergave en sorteervolgorde van namen instellen

Namen worden standaard gesorteerd op basis van het taalpakket en_US. Dit pakket is geschikt voor het correct weergeven van namen zoals "Cindy Willems". Afhankelijk van de landinstelling (locale), is het mogelijk dat de standaardinstellingen voor het weergeven en sorteren van namen niet voldoen aan de behoeften van de gebruikers. In Nederland komen bijvoorbeeld veel namen voor zoals "Jan van der Vlist". Als de sorteervolgorde niet wordt aangepast, wordt deze naam gesorteerd op "Vlist" in plaats van "van der". De sorteervolgorde voor namen kan worden gewijzigd met Taalpakketeditor.

In de editor kan de gebruiker één localebundel per keer selecteren en bewerken. Een localebundel is een bestand dat bestaat uit een set gerelateerde tekstreeksen. Het bestand user_column_access.properties bevat bijvoorbeeld tekstreeksen die te maken hebben met de gegevens van de gebruiker. Wanneer een localebundel wordt geopend in Taalpakketeditor, wordt de originele tekst naast de bewerkbare tekst weergegeven. Ook wanneer de tekstreeks is vertaald, blijft de originele tekst ter referentie zichtbaar op de pagina.


Naamvelden een label geven

U kunt alleen gekopieerde en geïmporteerde taalpakketten bewerken in de Taalpakketeditor. U kunt een taalpakket bewerken nadat u het taalpakket hebt gekopieerd en een andere naam hebt gegeven, zodat de integriteit van het oorspronkelijke pakket gehandhaafd blijft.

  1. Selecteer Taalpakketten in het configuratiescherm voor systeembeheer.
  2. Selecteer Bewerken in het menu van het taalpakket.
  3. Accepteer de Gebruiksvoorwaarden en selecteer Verzenden.
  4. Selecteer Bewerken in het menu van het tekstbestand user_column_access.properties.
  5. Gebruik de knop Opmerkingen verbergen/Opmerkingen weergeven om te kiezen of je opmerkingen in de localebundels wel of niet wilt weergeven. Als deze optie is ingeschakeld, worden de opmerkingen weergegeven in de kolom Referentietaal en geven ze beschrijvende informatie over de tekstreeksen.
  6. Gebruik de keuzelijst Referentietaal om een andere referentietaal te kiezen. De systeemstandaard wordt automatisch weergegeven, maar vertalers kunnen deze op elk gewenst moment wijzigen.
  7. Voeg de nieuwe tekst voor elke tekenreeks toe aan het juiste veld in de kolom Tekst bewerken.
  8. Selecteer Verzenden. Alle inhoud in de kolom Nieuwe taal wordt opgeslagen.

Instellingen die je moet wijzigen

  • Pas de beschrijving van de tekstreeksen lastname.default_display_title en lastname.display_title aan, zodat de gebruiker weet dat bij een naam zoals "Jan van der Vlist" dit de locatie is waar "van der" moet worden ingevoerd.
  • Pas de beschrijving van de tekstreeksen suffix.default_display_title en suffix.display_title aan, zodat de gebruiker weet dat bij een naam zoals "Jan van der Vlist" dit de locatie is waar "Vlist" moet worden ingevoerd.
  • Pas de beschrijving van de tekstreeksen othername.default_display_title en othername.display_title aan om aan te geven dat dit de voorgeschreven notatie is binnen de instelling.

Het bestand LocaleSettings.properties gebruiken

Nadat je het taalpakket hebt gedownload uit de catalogus, pak je het pakket uit en gebruik je een teksteditor om het bestand LocaleSettings.properties aan te passen. Vervolgens voeg je het taalpakket toe aan een ZIP-bestand en importeer je het op de server. Als het taalpakket op een andere manier op de server is geplaatst (dus niet in een ZIP-bestand), heb je toegang tot de bestanden op de server nodig om het bestand LocaleSettings.properties te kunnen wijzigen.

Als we naar het bestand LocaleSettings.properties kijken, is het belangrijk te begrijpen wat de naamwaarden betekenen en hoe deze zijn gerelateerd aan de bijbehorende nummers.

  • 0 - Aanhef
  • 1 - Voornaam
  • 2 - Tussenvoegsel
  • 3 - Achternaam
  • 4 - Eerste initiaal van voornaam
  • 5 - Andere naam
  • 6 - Achtervoegsel

Met behulp van de nummers van de verschillende naamwaarden kan het bestand LocaleSettings.properties worden gebruikt om namen op elke gewenste manier te sorteren. Het nummer van de gewenste naamwaarde moet tussen accolades {} worden gezet in het bestand LocaleSettings.properties. Als je bijvoorbeeld het veld Aanhef wilt gebruiken, typ je in het bestand LocaleSettings.properties een {0} op de gewenste locatie. Hieronder zie je een voorbeeld van het bestand LocaleSettings.properties voor nl_NL.

# De naamkolom die moet worden gebruikt bij sorteren op de volledige naam

# Geldige waarden - een van de volgende: title, givenName, middleName, familyName, otherName, suffix

LOCALE_SETTINGS.NAME.SORT_COLUMN=familyName

# Volgorde voor naamkolommen in voorraadlijsten (mogelijk worden niet alle kolommen weergegeven, maar de weergegeven kolommen staan in deze volgorde)

# Alle 6 velden (title,familyName,givenName,middleName,otherName,suffix) moeten aanwezig zijn

LOCALE_SETTINGS.NAME.COLUMN_ORDER=title,familyName,givenName,middleName,otherName,suffix

# voor deze items krijg je een array in de volgende volgorde:

# new String[]{ strTitle-0, strGivenName-1, strMiddleName-2, strFamilyName-3, InitialForGivenName-4, strOtherName-5, strSuffix-6 }

# gebruik de juiste waarden voor je locale

LOCALE_SETTINGS.GREETING=Welcome, {1}

# FAMILY_NAME, GIVEN_NAME

LOCALE_SETTINGS.SHORT_SURNAME={3}, {1}

# Achternaam (surname) met eventuele andere info (zoals een prefix)

# Dit wordt gebruikt wanneer alleen de achternaam wordt weergegeven

LOCALE_SETTINGS.EXTENDED_SURNAME={3}

# TITLE GIVEN_NAME MIDDLE_NAME LAST_NAME

LOCALE_SETTINGS.LONG={0} {1} {2} {3}

#GIVEN_NAME FAMILY_NAME

LOCALE_SETTINGS.SHORT={1} {3}

#First_Initial Last_Name

LOCALE_SETTINGS.GIVEN_INITIAL_FAMILY_NAME={4} {3}