Beheerders kunnen instellingen opgeven voor de bewaartijd van bestanden in prullenbakken en de beveiliging van prullenbakken.
Bewaartijd en opschoning van prullenbakken
Beheerders kunnen een betere controle krijgen over de groei van Content Collection en de daaraan gekoppelde hardwarekosten door systeembreed een beleid in te stellen voor het periodiek opschonen van prullenbakken. Het beleid kan bestaan uit een bewaartijd in dagen dat verwijderde bestanden in de prullenbak blijven staan, plus het tijdstip waarop het opschoningsproces automatisch wordt uitgevoerd.
De parameter bbconfig.cs.delete.blob.wait.days in het bestand bb-config.properties bepaalt wanneer bestanden uit de Prullenbak worden verwijderd. Wanneer je de Prullenbak in Content Collection leegt, wordt het bestand niet uit het systeem verwijderd totdat het tijdstip dat in deze parameter is opgegeven is verstreken. Verwijderde bestanden blijven het opgegeven aantal dagen beschikbaar in de prullenbak en worden vervolgens op het opgegeven tijdstip verwijderd. Als die tijd is verstreken, kunnen verwijderde bestanden niet meer worden hersteld.
Zelfs als prullenbakken zijn uitgeschakeld voor een inhoudsgebied, worden bestanden waarvan de bewaartijd is verstreken toch verwijderd uit zowel gedeelde als individuele prullenbakken.
Het weergavebeleid voor prullenbakken instellen
Met de instelling Weergavebeleid prullenbak kunnen beheerders de standaardleestoegang voor mappen van prullenbakken bepalen. Beheerders kunnen instellen dat alleen de eigenaar van de bovenliggende map de inhoud mag bekijken, of zowel de eigenaar als de gebruiker die het item verwijdert. Ongeacht de optie die u selecteert, behouden gebruikers hun bestaande machtigingen voor het item dat wordt verwijderd, maar krijgen ze geen machtigingen voor andere bestanden. Deze instelling is met name handig in situaties waarin een veelgebruikt inhoudsgebied, zoals de instellingsmap, door een groot aantal gebruikers wordt gedeeld. Het kan dan handig zijn een expliciete set gebruikers te definiëren.
In het geval van clients waarop in een eerdere versie dan 9.1 prullenbakken waren ingeschakeld voor het inhoudsgebied Gebruikers, Cursussen of Organisaties, is het belangrijk te weten dat deze instelling anders wordt toegepast op mappen van gedeelde prullenbakken dan op mappen van individuele prullenbakken. Als u Weergavebeleid prullenbak instelt op Geen speciale machtigingen, zijn gedeelde prullenbakken zichtbaar voor alle gebruikers terwijl individuele prullenbakken alleen zichtbaar zijn voor de eigenaar van de prullenbak en voor gebruikers met expliciete machtigingen voor die map.
Instellingen voor prullenbakken configureren
- Open het configuratiescherm voor systeembeheer en selecteer onder Inhoudsbeheer de optie Beheer van inhoudsgebieden.
- Selecteer Prullenbakinstellingen.
- Voer in het veld Bestandbewaartijd het aantal dagen in dat bestanden moeten worden bewaard in de prullenbakken. Als die periode is verstreken en de prullenbak wordt opgeschoond, kunnen verwijderde bestanden niet meer worden hersteld.
- Selecteer in het veld Begintijd leegmaken prullenbak het klokpictogram om de tijd van de dag te selecteren waarop prullenbakken worden opgeschoond en bestanden ouder dan de waarde voor Bestandbewaartijd permanent worden verwijderd. Geef een tijdstip op waarop de activiteit op uw computer minimaal is.
- Selecteer in het veld Weergavebeleid prullenbak de optie Lezen voor verwijderende en eigenaar of Geen speciale machtigingen.
Als prullenbakken worden gedeeld door een groot aantal gebruikers, selecteert u Geen speciale machtigingen. Alleen de eigenaar van de bovenliggende map heeft dan standaard leestoegang tot de map met de prullenbakken. Als er nog meer gebruikers toegang moeten hebben tot de map, kunnen deze als groep of als individu toegang krijgen. Als prullenbakken worden gedeeld door een klein aantal gebruikers, selecteert u Lezen voor verwijderende en eigenaar. De eigenaar van het item en de gebruiker die het item verwijdert, hebben dan leestoegang tot de map met prullenbakken. Ongeacht de optie die u selecteert, behouden gebruikers hun bestaande machtigingen voor het item dat wordt verwijderd, maar krijgen ze geen machtigingen voor andere bestanden.
- Selecteer Verzenden.